De zaak nogmaals door de synode behandeld op verzoek van de Particuliere Synode Noord-Brabant en Limburg.
( < Naar deel 1 ) – Ook na de verschijning van ‘Doe Recht’ (in oktober 1958) en van de ‘Nadere Verklaring’ (in januari 1961) had de generale synode besloten dat zij geen termen aanwezig achtte om op de zaak terug te komen; de kwestie van het Psalter-1949 en wat daaruit voortkwam was immers definitief door arbitrale rechtspraak beslist.
Over het pijnlijke conflict rond het ‘Psalter-1949’ zou ter synode mogelijk nooit weer gesproken zijn, ware het niet dat de Particuliere Synode van Noord-Brabant en Limburg de Generale Synode van 1961-1962 verzocht zich in verbinding te stellen met de ‘Stichting Geestelijke Liederen uit den Schat van de Kerk der Eeuwen’, c.q. met ds. H. Hasper (1886-1974), ‘teneinde te trachten door een nadere samenspreking tot overeenstemming te komen’.
In de nummers van 6, 13 en 20 januari 1962 van het ‘Centraal Weekblad ten dienste van Gereformeerde Kerken in Nederland’ troffen we onder meer de volgende berichten over plaatselijke Gereformeerde Kerken aan.
2 – Ingebruikneming, verwoesting en herrijzenis van de Laakkerk.
(< Naar deel 1) – Een stuk grond werd gekocht in het Laakkwartier, als terrein voor de toekomstige kerk. De tijd drong, want in 1928 werd de toestand in de Hofrustkerk onhoudbaar: de banken meer dan vol, honderd stoelen in de gangpaden en dan nog ruimte te kort, zodat soms honderd kerkgangers onverrichter zake huiswaarts keerden.
Onlangs publiceerde emeritus-predikant drs. L.C. van Drimmelen een boekje over de geschiedenis van de gereformeerden in de 19de eeuw in het Brabantse Klundert. Een van zijn voorvaderen was er van 1912 tot 1924 burgemeester.
1 – Het ontstaan van de Gereformeerde Kerk te Rijswijk.
Rond 1890 waren in Rijswijk en omgeving slechts weinig Christelijke Gereformeerden en Dolerenden woonachtig, ‘die daar als verstrooiden voortleefden’. Toch werden er in november 1891 al stappen genomen om tot een eigen kerkformatie te komen.
In Het Kerkblad(van 1892 tot 1910 het ‘Officieel Orgaan van De Gereformeerde Kerken in Nederland’) van 23 en 30 oktober, van 6, 13, 27 november en van 11, 18 en 25 december 1896 troffen we onderstaande berichten betreffende plaatselijke Gereformeerde Kerken aan.
De Gereformeerde Kerk in het Overijsselse Wilsum werd weliswaar volgens alle vermeldingen op 25 juni 1899 geïnstitueerd, maar dat was de dag dat de ambtsdragers gekozen werden. 1 juli 1899 geldt echter officieel als institueringsdatum, omdat de verkozen ouderlingen en diakenen op die datum in het ambt bevestigd werden. Sindsdien bestond de kerkenraad.
Ongeveer twintig jaar nadat in Ulrum in oktober 1834 de Afscheiding begon, werd door de synode van de Christelijke Afgescheidene Kerk voor het eerst aandacht besteed aan de verzorging van het generaal (landelijk) kerkelijk archief, dat van de synodes.
Het nu volgende verhaal heeft betrekking op de invoering van de ‘uitgebreide’ bundel ‘Eenige Gezangen’, waartegen bij sommigen, ook in de Gereformeerde Kerk te Meppel, bezwaren gerezen waren. In die tijd – de jaren ’30 van de vorige eeuw – waren aldaar ds. Y.K. Vellenga (1896-1968) en ds. H.W. Engelkes (1905-1991) als predikanten aan de Gereformeerde Kerk verbonden.