De Gereformeerde Kerk te Helmond (3)

Ds. A.J. Bos (van 1944 tot 1946).

( < Naar deel 2 ) – Op 14 mei 1944 deed de opvolger van ds. Wristers zijn intrede in Helmond. Het was kandidaat A.J. Bos (1906-1986) uit Enkhuizen. Ds. Wristers bevestigde hem in het ambt.

Ds. A.J. Bos (1906-1986).

De oorlogstoestand in Helmond en Helenaveen verschilde bij zijn komst hemelsbreed. Op 25 september 1944 werd Helmond bevrijd, maar was het een eind verder op, in de Peel, in Helenaveen, nog volop oorlog; dat gebied maakte deel uit van de Peel-Raamstelling. Ds. Bos trachtte zoveel als mogelijk was ook zijn gemeenteleden in Helenaveen te bereiken en een hart onder de riem te steken. Op donderdag 28 september werden de bewoners van Helenaveen door de Duitsers het dorp uit gejaagd en werden Duitse kanonnen in de omgeving geplaatst. Uiteindelijk ontstonden zware artilleriebeschietingen, die dag en nacht doorgingen. Pas op 21 november 1944 werd Helenaveen van de Duitsers verlost. In het dorp was aan vrijwel alle huizen (soms grote) schade aangericht.

De Vrijmaking.

Behalve de gruwelen van de Tweede Wereldoorlog werd ook binnen de Gereformeerde Kerken strijd geleverd, en wel onder meer over wat precies de betekenis was van de doop en van het Verbond. Heel kort door de bocht kan gezegd worden dat de ‘leergeschillen’ grote verdeeldheid brachten, die uiteindelijk in 1944 – naar aanleiding van synodebesluiten over de kwestie – leidde tot een kerkscheuring. Op 11 augustus 1944 onttrok dr. K. Schilder (1890-1952) (de voorman van de ‘bezwaarden’) zich aan de Gereformeerde Kerken door tijdens de zgn. ‘Vrijmakingsvergadering’ in Den Haag de ‘Acte van Vrijmaking of Wederkering’ te tekenen, wat vervolgens door vele anderen in het land ook gebeurde.

Prof. dr. K. Schilder (1890-1952) op de Vrijmakingsvergadering in Den Haag, die op 11 augustus 1944 gehouden werd.

In de kerkenraad waren de meningen soms eveneens verdeeld, vooral toen in november 1945 gesproken werd over het wel of niet verspreiden van het blad ‘De Strijdende Kerk’. Ds. Bos was daar vierkant op tegen, omdat het blad (en daar had hij gelijk in) zeer partijdig en scherp in de kerkelijke strijd stond. “Ds. Bos heeft van heel de hele Vrijmakingsaffaire ontzettend veel verdriet gehad. Hij heeft geleden aan zijn kerk, die hij met al de vezels van zijn bestaan lief had”. Door zijn houding bleef de Vrijmaking in Helmond beperkt en ontstond daar geen ‘vrijgemaakte kerk’.

Op 24 november 1946 nam ds. Bos afscheid van Helmond en Helenaveen en vertrok hij naar de kerk van Heerjansdam.

De gereformeerde kerk aan de Kromme Steenweg (foto: Reliwiki).

Ds. M. van den Bosch (van 1947 tot 1951).

Ds. M. van den Bosch (1909-1992) was de opvolger van ds. Bos. Hij was tot dan toe predikant voor de evangelisatiearbeid te Tilburg en Breda. Op 5 januari 1947 deed hij intrede in Helmond. Dat hij op de eerste gemeentevergadering (waar 24 mannen en 6 vrouwen aanwezig waren) een toespraak hield over het evangelisatiewerk mag geen verbazing wekken. Er was voor hem geen twijfel aan dat het evangelisatiewerk van groot belang was. Ieder was volgens hem verplicht zijn sluimerende gaven op dat gebied te ontwikkelen. Volgens hem waren het vooral de afgedwaalde protestanten die het eerst in aanmerking kwamen voor het evangelisatiewerk, maar daarna al snel de Rooms-Katholieken, ‘in verband met de afgodendienst in die kerk’. De mensen moesten volgens hem vooral een abonnement nemen op het evangelisatieblad Open Poort, speciaal geschikt voor het werk onder Rooms-Katholieken.

Ds. M. van den Bosch (1909-1992).

De predikant deed later ook een beroep op de gemeenteleden om bezoeken te brengen aan afgedwaalde gezinnen waar de Elisabethbode gelezen werd, een bekend evangelisatieweekblad. De predikant hield zichzelf in elk geval aan zijn eigen aanbevelingen. Toen een paar gemeenteleden opmerkten het jammer te vinden dat het door de predikant verzorgde godsdienstonderwijs op de openbare scholen in Helmond stopgezet was (de predikant erkende moeilijk te kunnen orde houden), probeerde hij het opnieuw. Jarenlang gaf hij die lessen weer. “’t Is wel met hangen en wurgen gegaan, want ’t ordeprobleem is gebleven”.

Nog steeds viel het bezoek aan de middagdiensten in Helmond niet mee. In de kerkenraad was al eens voorgesteld de ‘catechismuspreek’, die gewoonlijk in de middagdienst plaatsvond, eens ’s ochtends te houden, ervan uitgaande dat dat misschien de oorzaak van het verminderende kerkbezoek in de middagdiensten was. Het bleek echter vergeefse moeite.

Ondertussen ontsnapte ook Helenaveen niet aan de aandacht van de kerkenraad. De predikant preekte er eens in de drie weken, terwijl ouderling Praasterink er elke veertien dagen een preek las.

Natuurlijk was ook het verenigingsleven, waaronder het jeugdwerk, in Helmond aanwezig. Weliswaar wilde men de Mannenvereniging liever opheffen, omdat de belangstelling gering was, maar de predikant vond dat niet nodig, zeker niet als je het bezoek aan de bijeenkomsten vergeleek met dat in de grotere steden. Vooral door de goede leiding van mevr. Praasterink-Goris bloeide de Vrouwenvereniging. En wat het jeugdwerk betreft kon opgemerkt worden dat de jeugdvereniging ‘Helmkruid’ ook goed liep, al moest de Knapenvereniging ‘Jonge Kracht’ door de geringe belangstelling worden opgeheven.

Ds. P. Visser (1914-1985).

In 1950 ontstond onenigheid over de tekst van een ook in de Gereformeerde Kerk van Helmond verspreide folder die ageerde tegen enkele Rooms-Katholieke dogma’s. Het geschrift was opgesteld door ds. P. Visser (1914-1985) van Tilburg en was op initiatief van de provinciale Deputaten voor de Evangelisatie verspreid en eigenlijk min of meer aan de aandacht van de kerkenraad ontsnapt. In de gemeente waren verscheidene leden die het met de toon van de folder niet eens waren; een gemeentelid had zich zelfs bij de pastoor voor de brochure verontschuldigd (wat de kerkenraad overigens afkeurde). Sommige kerkenraadsleden vonden de toon te scherp, te agressief, terwijl anderen juist vonden dat het geschrift eindelijk eens duidelijke taal sprak. De predikant was een van hen. Men was het er echter over eens dat het geschrift niet had mogen worden ondertekend door ‘Gereformeerde Kerk Kromme Steenweg’, maar dat duidelijk had moeten uitkomen dat de brochure afkomstig was van de provinciale Deputaten Evangelisatie.

In december 1950 deelde de predikant mee dat hij het beroep van de kerk van het Friese Britsum had aangenomen. Op 25 februari 1951 nam hij afscheid van Helmond.

Ds. J.E. Brederveld (van 1951 tot 1966).

Ds. J.E. Brederveld (1913-1998) op latere leeftijd.

Op 16 september 1951 werd de opvolger van ds. Van den Bosch in het ambt bevestigd en deed dezelfde dag intrede. Het was kandidaat J.E. Brederveld (1913-1998). Kort voordat hij intrede deed bleek dat de gereformeerden, woonachtig in het dorp De Rips (vlak bij de Limburgse grens), klaagden over de weinige aandacht die men daar van de Helmondse kerkenraad ondervond. Dat was voor de nieuwe predikant dan ook aanleiding zich ook in De Rips regelmatig te laten zien. Ook werd in 1951 de eerste vergadering gehouden met Ripse gereformeerden. Daar bleek overigens dat men weinig belangstelling had voor eigen gereformeerde kerkdiensten. Het was gebleken dat ‘men daar langzamerhand geheel in hervormd vaarwater gekomen was, en ’t schijnt zelfs dat men ambtelijk bezoek ontvangt van de hervormde predikant’. Inderdaad waren de plaatselijke gereformeerden al vergaand geïntegreerd in de hervormde gemeente.

De hervormde kerk op de Vossenberg tussen Elsendorp en De Rips.

De classis adviseerde niets te forceren door tegen de ontwikkelingen in te gaan (‘dat zou alleen maar tegenstand opwekken’), maar ‘nu rustig doorgaan, met meer kerkelijk besef te kweken, door zoveel mogelijk ambtelijke bezoeken te doen en regelmatig wijkvergaderingen te houden’. Even werd overwogen op zondag een auto heen en weer te laten rijden om gemeenteleden uit De Rips naar de Helmondse kerk te brengen. Maar in mei 1955 kwam het zover dat er om de veertien dagen diensten gehouden werden. Dat gebeurde aanvankelijk in een particuliere woning bij de wed. Van Dijk, maar vanaf januari 1958 in het hervormde kerkgebouw op de Vossenberg, tussen Elsendorp en De Rips. Langzamerhand werd de samenwerking tussen hervormd en gereformeerd intensiever en meer geïntegreerd.

Een nieuwe kerk: De Ark (1961).

Ondertussen moest er iets gebeuren met het kerkgebouw aan de Kromme Steenweg in Helmond. Een restauratie, waar men in 1954 aan dacht, zou fl. 40.000 moeten gaan kosten. Maar in 1956 besloot de kerkenraad na ampele overweging te komen tot nieuwbouw. Men dacht aan een kerk met 150 zitplaatsen, die alleen gerealiseerd kon worden als de leden van de kerk 5% van hun jaarinkomsten zouden geven.

‘De Ark’ in Helmond (foto: B. Stok, Krommenie).

Begin 1958 kon gerapporteerd worden dat aan de Eisenhowerlaan een stuk grond van ruim 1.300 m² gevonden was, en dat architect en  oud-gemeentelid Sijmons een ontwerp zou maken. De kosten werden in die tijd begroot op fl. 100.000. Intussen kon de oude kerk voor fl. 12.000 verkocht worden. Allerlei acties werden op touw gezet om zoveel mogelijk pecunia bijeen te brengen en op zaterdag 3 september 1960 kon de eerste steen gelegd worden door de heer G.B. Praasterink sr. De bouw vorderde voorspoedig en de kerk kon op 16 maart 1951 in gebruik genomen worden. Ds. O. van Noort (1904-1997) was namens de provinciale Deputaten voor Evangelisatie in Noord-Brabant en Limburg aanwezig en merkte op: “Wij hebben [als Evangelisatiedeputaten] nooit een kerk tot stand zien komen, die zo weinig gekost heeft, en we hebben nog nooit zo’n mooie kerk gezien!”

Ds. O. van Noort (1904-1997): ‘… We hebben nog nooit zo’n mooie kerk gezien!’

Gemeenteopbouw.

De Rips en De Ark waren niet de enige onderwerpen die de aandacht van kerkenraad en predikant kregen. Het kerkelijk maatschappelijk werk kreeg ook in Helmond steeds meer aandacht, net als in de rest van het land. Ook werden regelmatig gemeentevergaderingen gehouden, waar onderwerpen besproken werden als (in 1952) ‘de gezinsweek’, ‘de evangelisatiearbeid’; (in 1953) ‘de nieuwe ‘Bijbelvertaling’ met een Bijbeltentoonstelling, en nam de kerkenraad ook allerlei besluiten die duidelijk blijk gaven van het proberen meer betrokkenheid bij het kerkelijk leven tot stand te brengen: de oprichting van Bijbelkringen van ongeveer tien personen in particuliere woningen, lezingen over allerlei onderwerpen: het Jodendom, de evangelisatie; en ook over liturgische aanpassingen, zoals het door vrouwelijke belijdende leden deelnemen aan de ambtsdragersverkiezingen (in 1966 werd tijdens de gemeentevergadering gesproken over ‘de vrouw in het ambt’. Hoe die bespreking verliep is niet bekend, maar het kwam er uiteindelijk wel van). Ook het hoe en wat betreffende de huisbezoeken werd besproken. En – daarover ging het in 1963 – mochten gereformeerden eigenlijk wel deelnemen aan carnaval? Men kwam er niet uit, maar besloot het op de huisbezoeken ter sprake te brengen, al vond de kerkenraad dat belijdende leden van de Gereformeerde Kerk geen deel konden uitmaken van een organisatie die carnavalsactiviteiten organiseerde.

Het begin van Samen-op-Weg.

Het interieur van ‘De Ark’ (foto: ‘Van uit-één tot bij-één’).

We vermelden slechts in het kort enkele punten met betrekking tot de ontluikende samenwerking van Gereformeerde Kerk en Hervormde Gemeente in Helmond. Het voorstel van de gereformeerde ’Commissie Samenspreking’ om een gezamenlijke (hervormd-gereformeerde) herdenking van de Hervorming te organiseren, haalde het in 1960 niet. Afgezien van het feit dat men de voorbereidingstijd te kort achtte, wilde men liever ook eerst een gezamenlijke kerkenraadsvergadering ‘om elkaar als christenen te ontmoeten’ en te spreken over de eventuele gezamenlijke aanpak van het evangelisatiewerk. Hoewel ds. Brederveld meende dat een dergelijke samenwerking op vele praktische moeilijkheden zou stuiten, vond de kerkenraad dat een gezamenlijke kerkenraadsvergadering een goed idee was. In maart 1962 vond de eerste gezamenlijke kerkenraadsvergadering plaats. De samenwerking m.b.t. de zondagsschool liep meteen al op niets uit: de hervormden wilden de zondagsschool tijdens hun kerkdienst niet missen, de gereformeerden wilden ook in de toekomst de zondagsschool buiten de kerktijden de houden, omdat ook de kinderen de kerkdiensten behoorden bij te wonen.

De plattegrond van ‘De Ark’ te Helmond (ill. ‘Van uit-één tot bij-één’).

Het volgende contact was een jaar later, toen de hervormden vroegen gebruik te mogen maken van De Ark, omdat hun kerkgebouw nodig gerestaureerd moest worden. Natuurlijk gaf de kerkenraad graag toestemming.  Maar pas in maart 1965 werd  het initiatief tot nader contact over praktische kerkelijke samenwerking genomen. Zo kwam er weer een gezamenlijke kerkenraadsvergadering en zou de Commissie Samenspreking plannen voor mogelijke samenwerkingsactiviteiten maken. Daarvan kwam niet veel terecht.

Ds. W.A. Jelsma (van 1966 tot 1981) en ds. P. Verschoor (vanaf 1984).

Ds. Brederveld nam op 20 november 1966 afscheid van de gemeente van Helmond en werd daarna ziekenhuispredikant te Leiden. Zijn opvolger was ds. W.A. Jelsma (*1926) uit Lochem, die op 7 december 1966 intrede deed. Op 14 juni 1981 nam hij afscheid van de kerk van Helmond wegens vertrek naar de kerk van Rotterdam-IJsselmonde. Op 24 juni 1984 deed ds. P. Verschoor (*1945) intrede, die later verbonden werd aan de Protestantse Gemeente te Helenaveen.

Naast gezamenlijke kerkenraadsvergaderingen en de uitgave van een gezamenlijk kerkblad liep de samenwerking tussen gereformeerd en hervormd Helmond soms nogal stroef, maar uiteindelijk werd besloten de beide gemeenten een samenwerking- in-federatief-verband te beginnen, die uiteindelijk in 2005 werd omgezet in de Protestantse Gemeente Helmond (in wording) en enkele jaren later werd voortgezet als Protestantse Gemeente Helmond.

De Ark buiten gebruik gesteld.

Het orgel van ‘De Ark’, dat werd overgebracht naar de protestantse kerk te Helenaveen.

In 1996 werd de gereformeerde kerk De Ark buiten gebruik gesteld (en tot woonhuis omgebouwd) en werden de kerkdiensten in het vervolg in de Bethlehemkerk gehouden. Het orgel van De Ark werd overgebracht naar de protestantse kerk in Helenaveen.

Ledentallen van de Gereformeerde Kerk te Helmond.

De ledentallen van de Gereformeerde Kerk te Helmond tussen 1894 en 2004 (bron: Jaarboeken GKN).

Bronnen onder meer:

Gemeenten en predikanten van De Gereformeerde Kerken in Nederland. Leusden, 1992

De Heraut voor de Gereformeerde Kerken in Nederland. Amsterdam, div. jrg.

Jaarboeken (ten dienste) van De Gereformeerde Kerken in Nederland. Goes, div. jrg.

T.L. Korporaal en W.A. Jelsma, Van uit-één tot bij-één. Fragmenten uit de geschiedenis van Protestants Helmond en Helenaveen 1828-1987. Helmond, 1987

T.L. Korporaal, De Doleantie in Helmond bezien vanuit Hervormd perspectief. In: de Hoeksteen, Tijdschrift voor Vaderlandse Kerkgeschiedenis. Berkel en Rodenrijs, april 1990

© 2021. GereformeerdeKerken.info