Uit de Pers (57) – 1963 – Nieuws uit de Kerken

In de nummers van 13, 20 en 27 juli 1963 van het Centraal Weekblad voor de Gereformeerde Kerken in Nederland kwamen we onder meer de volgende berichten tegen over plaatselijke Gereformeerde Kerken.

De redactie van GereformeerdeKerken.info plaatste de illustraties en [tussen vierkante haakjes] enkele aanvullende opmerkingen en/of gegevens.

Ds. Joh. C. Brussaard overleden.

Ds. J.C. Brussaard (1884-1963).

Op bijna 79-jarige leeftijd is in Oegstgeest overleden ds. Joh. C. Brussaard [1884-1963], emeritus predikant van de kerk aldaar.

Geboren op 26 juli 1894 in Dordrecht, studeerde hij later aan de Vrije Universiteit theologie en letteren. In 1909 legde hij cum laude het doctoraal examen theologie af. In hetzelfde jaar, op 24 oktober, werd hij in het ambt bevestigd in de kerk van Tienhoven. Twee jaar later vertrok hij vandaar naar Meppel, waar hij dr. J. Ridderbos [1879-1960] opvolgde, de latere hoogleraar in Kampen. Op 24 februari verbond hij zich aan de kerk van Bloemendaal, welker eerste predikant hij was. Bijna dertig jaar heeft hij hier de pastorale scepter gezwaaid. Mede door zijn toedoen kwamen de dochtergemeenten Santpoort [op  27 juni 1926] en Overveen [op  15 november 1942] tot stand.

Maar vooral heeft ds. Brussaard tijdens zijn ambtsperiode in Bloemendaal bekendheid gekregen door zijn radioarbeid. Toen er nog geen enkele radio-organisatie in ons land bestond, zond de Gereformeerde Kerk van Bloemendaal (op 15 juni 1924 voor het eerst) al een kerkdienst uit, en nadien is Radio Bloemendaal tot een begrip geworden in ons land. En voor een niet onaanzienlijk deel is dat het werk van ds. Brussaard geweest.

In 1943 kondigde hij in een radiopreek de komende ondergang van het Duitse Rijk aan. De gevolgen laten zich raden: de bezettende macht ontmantelde de zendinstallatie en voerde deze weg. Na de oorlog kwam het unieke zendstation evenwel opnieuw in de lucht. Ds. Brussaard bleef nog tot 1947 in Bloemendaal en ging daarna naar Oegstgeest. Hier werd hij geëmeriteerd.

Woord en wederwoord van resp. ds. Brussaard en dr. Ridderbos over de bezwaren die eerstgenoemde had tegen de besluiten van de Generale Synode-1926 over de zaak-Geelkerken:  ‘de slang en de bomen in het paradijs’.

Met de thans overleden predikant is een zeer vooraanstaande figuur heengegaan. Behalve zijn pastoraat heeft hij tal van gewichtige functies en ambten uitgeoefend. Zo was hij onder meer voorzitter van het Gereformeerd Studieverband voor Oecumenische Vragen. In de zaak-Geelkerken (1926) trad hij op de voorgrond, onder meer door de publicatie (samen met prof. dr. J. Ridderbos) ‘Bezwaar en antwoord’. Tal van brochures en preken van zijn hand kwamen van de drukpers. Zijn verdiensten vonden van de zijde der burgerlijke overheid erkenning in een benoeming tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.

Het stoffelijk overschot van ds. Brussaard is, op zijn wens in alle stilte, bijgezet op de begraafplaats te Bloemendaal.

(13 juli 1963)

Combinatie Zuidland-Abbenbroek.

Zijaanzicht van de gereformeerde kerk te Zuidland, die in 1964 vervangen werd door een nieuwe kerk.

De kerkenraad van Zuidland heeft met algemene stemmen besloten in de toekomst met de kleine zustergemeente van Abbenbroek verder te gaan. Gepoogd zal worden deze combinatie zo spoedig mogelijk, bijvoorbeeld met ingang van 1 januari 1964, in werking te laten treden. Gezamenlijk zullen de beide gemeenten dan in staat zijn twee predikanten te onderhouden.

(13 juli 1963)

[Opmerking van de redactie van GereformeerdeKerken.info –  Pas in 1967 kwam een tijdelijke combinatie met Abbenbroek tot stand, in verband met de beroeping van een predikant (ds. Y. Stienstra). Deze combinatie duurde tot 1972. Abbenbroek combineerde per 1 januari 1978 met de kerk van Zwartewaal.]

Voor de badgasten in Ouddorp.

In verband met de vele vakantiegangers die Ouddorp jaarlijks pleegt aan te trekken, zullen hier in de maanden juli en augustus  extra kerkdiensten gehouden worden. De diensten beginnen in deze maanden om negen uur, om half elf en om half vijf. Vanaf de diverse kampeercentra rijdt een autobus ten dienste van de kerkgangers. Deze geeft aansluiting op de tweede morgendienst en de avonddienst. Groepen die van de bus gebruik maken moeten vooraf even telefonisch contact opnemen. Zo nodig wordt een extra dienst gereden. Op zondag 14 juli wordt in alle diensten het avondmaal gevierd.

De gereformeerde kerk in Ouddorp (foto: Reliwiki, mevr. Stok-Britting te Krommenie).

In ‘De Tent’, aan het eind van de Oosterweg, wordt elke morgen om negen uur een korte morgenwijding gehouden. Om half tien en half drie beginnen op dezelfde plaats ontspanningsactiviteiten voor en met de jeugd. Gasten zijn welkom in de pastorie elke woensdagavond na 8 uur. Het spreekuur van de predikant van Ouddorp, ds. G. van Driel [1916-1989], wordt van maandag t/m. zaterdag gehouden van 10.30 tot 12.00 uur in de kiosk ‘De Vraagbaak’. Ten behoeve van kerkdiensten en morgenwijdingen doet de kerk van Ouddorp een dringend beroep op organisten.

(13 juli 1963)

Kerkbouw samen met hervormde gemeente?

De Gereformeerde Kerk te Dieren heeft een gemeentevergadering uitgeschreven om tot een opiniepeiling te komen aangaande kerkbouw in de nabije toekomst. Ds. R. Strijker [1925-2013], die de leiding van deze bijeenkomst had, wees in zijn openingswoord op een historisch kerkeraadsbesluit van 1958. De kerkeraad had toen gekozen voor twee kerkgebouwen: een in oud Dieren en een in nieuw Dieren. Afgewezen was  toen de suggestie over te gaan tot de bouw van een ‘massa-kerk’ in het midden van deze gemeente. Oud Dieren is in het bezit van zijn gerestaureerde kerk en nu moet het plan voor nieuw Dieren tot ontwikkeling gebracht worden. Op de gemeentevergadering kwamen vragen van tweeërlei aard: ten eerste het bouwen op zichzelf, en ten tweede het gemeenschappelijk bouwen met de hervormde gemeente.

Ds. R. Strijker (1925-2013).

De eerste soort vragen richtte zich op de noodzakelijkheid of niet-noodzakelijkheid om nu al te gaan bouwen en op vergaderruimte voor de jeugd. Ds. Strijker wees er op, dat de kerkelijke ontwikkeling  van de gemeente de burgerlijke ontwikkeling van Dieren behoort bij te houden.

De bezinning om samen te bouwen met de hervormde gemeente bracht heel wat tongen in beweging. Naast bedenkingen werden er meer aanmoedigingen gehoord. Een der broeders uitte zijn principiële bezwaren vanwege de geestelijke geaardheid van de hervormde kerk. Bij navraag bleek aan het eind van de vergadering bij zitten en opstaan, dat slechts een klein aantal gemeenteleden deze bezwaren deelde. De overgrote meerderheid voelde wel voor gemeenschappelijk bouwen. En dat niet alleen om zakelijk-financiële redenen, maar veel meer om het positief-geestelijke motief: wij hebben, ook als kerken, een roeping om elkaar een dienst te bewijzen en tot steun te zijn (oecumene), en een kerkgebouw in Dieren-Noord is tegenover de wereld een getuigenis (apostolair).

Bij de verdeling der lasten wil men niet letten op het zielental van elke kerk, maar op het gebruik van het kerkgebouw met zijn lokalen. Die zullen we beide even veelvuldig mogen gebruiken en dus behoort elke partner evenveel bij te dragen. Voorts werd in dit verband de wenselijkheid uitgesproken dat hogere kerkelijke organen (gereformeerde classis en hervormde ringen of provinciaal verband) garanties zullen verlenen voor de financiële verplichtingen, die de plaatselijke kerken onderling aangaan.

Uiteraard zijn wij benieuwd welk definitief  plan er in Dieren uit de bus zal komen.

(13 juli 1963)

Nieuwe gemeente in Midden-Soemba.

Een kaartje van Soemba met de belangrijkste plaatsen aangegeven.

Per 1 juli is in Midden-Soemba de gemeente Wai Wei geïnstitueerd. Wie vanuit Pameti Karata naar het noorden over de Lewavlakte uitkijkt, kan de nieuwe kerk met een nieuw zinken dak op een heuvel zien liggen. De eerste groep werd hier ongeveer 10 jaar geleden gedoopt; nu zijn er 528 leden. De gemeente staat financieel op eigen benen en behoeft geen steun. Ds. Landupari is haar predikant.

(13 juli 1963)

Jaarboekje voor Doorn.

Voor de negende maal heeft de kerk van Doorn een jaarboekje voor het plaatselijk kerkelijk en gemeentelijk leven laten verschijnen. Hierin is onder meer een uitvoerig jaarverslag over 1962 opgenomen. Herinnerd wordt aan de intrede van ds. C.B. Bavinck [1907-1989], die voor een deel als predikant aan de kerk van Doorn is verbonden. Ten aanzien van het kerkbezoek wordt meegedeeld dat na een tiental tellingen is geconstateerd, dat het percentage kerkgangers terugliep. In de morgendienst van 57,3 tot 51,1 en in de avonddiensten van 34,2 tot 34 procent. Het aantal leden dat aan het avondmaal deelnam ging iets vooruit, en werd nu 60,7 procent.

De toenmalige gereformeerde kerk aan de Kampweg te Doorn.

Teneinde het onderling contact en meeleven in de gemeente te bevorderen, werd besloten gemeentekringen te stichten van plusminus vijftien adressen om dan door middel van een contactpersoon belangstelling te tonen bij allerlei gebeurtenissen in de gezinnen. Om dit te stimuleren zal tweemaal in elke wijk een wijkavond worden gehouden om samen zaken te bespreken. Dit werk functioneert nu enkele maanden maar uiteraard is het nog moeilijk nu reeds de resultaten te beoordelen.

Met de vrijgemaakte kerk kwam het nog niet tot een tweede samenspreking, al had er wel persoonlijk contact plaats tussen de predikanten. Wel lukte het na een agendavergadering van predikanten en scriba van de hervormde en de gereformeerde kerk een samenkomst van beide kerkeraden te organiseren. Hier konden geen directe resultaten worden geboekt, maar de ontvangst was hartelijk en de sfeer broederlijk, zodat besloten werd het contact voort te zetten.

Interessant is ook de volgende passage uit het jaarverslag: “Twee vergaderingen moesten worden gewijd aan een bezwaarschrift door een der kerkeraadsleden bij de classis ingediend tegen een huwelijksbevestiging in onze kerk door de hervormde predikant ds. Knier. De kerkeraad werd in het gelijk gesteld. Het paar was intussen al getrouwd. In de classis verwekte deze zaak nogal deining, de gemeente werd er nauwelijks door beroerd”. In een paragraaf over de financiën wordt opgemerkt dat de invoering van het ‘ene offer’ als proef een succes is geworden. De inkomsten van de ene collecte overtroffen die van de vroegere drie collecten.

(20 juli 1963)

Groeiend Leiden.

De gereformeerde Petrakerk te Leiden (foto Reliwiki, Andre van Dijk).

In Leiden zal men niet alleen zo spoedig mogelijk overgaan tot de beroeping van een vijfde predikant in de vacature van ds. H. Heule [1919-1986], maar indien een actie tot verhoging van de vrijwillige bijdragen het gewenste resultaat oplevert, bovendien overgaan tot de stichting van een zesde predikantsplaats, men zal dan de gemeente in zes wijken verdelen, elke wijk omvattende ongeveer negenhonderd zielen.

(27 juli 1963)

Nieuwe naam.

De voormalige gereformeerde kerk te Rotterdam-Schiebroek aan de Wilgenplaslaan.

De kerkeraad van Schiebroek-Hillegersberg-Centrum heeft de naam van zijn kerk gewijzigd in Gereformeerde Kerk te Rotterdam-Schiebroek. Dit besluit is mede een gevolg van een verzoek van de classis Rotterdam. Groot-Rotterdam telt een aantal kerkelijke gemeenten die de naam van de vroegere burgerlijke plaats dragen. Het zou zeer op prijs worden gesteld indien deze kerken de oude naam toevoegen achter: Rotterdam, zoals men dat reeds kent ten aanzien van kerken als Rotterdam-Delfshaven, Rotterdam-Feijenoord, Rotterdam-Hillegersberg, Rotterdam-Zuid, Rotterdam-Zuidwijk en ook Rotterdam-Heyplaat. De overige kerken heten nog Hillegersberg-Terbregge, Kralingen, Kralingseveer en Overschie.

(27 juli 1963)

Het begon met vijf gezinnen.

Op 7 juli jl. bestond de kerk van Barchem 100 jaar. Uit een historisch artikeltje in de kerkbode van de classis Zutphen blijkt dat het lidmatenboek van die beginperiode een ledental vermeldt van vijf gezinnen. In de eerste veertig jaren moesten de diensten worden gehouden op twee boerderijen in de omgeving van Barchem.

De gereformeerde kerk te Barchem.

In 1899 werd besloten een kerk te bouwen die in december van dat jaar plechtig in gebruik genomen kon worden. De thans 100-jarige gemeente kreeg eerst in 1917 een eigen predikant in de persoon van ds. A. Terpstra [1876-1934], die hier stond tot 1921 (gecombineerd met de kerk van Lochem). Na hem diende ds. S. Bosma [1858-1936] tien jaar lang de kerken van Barchem en Lochem. Tot deze tijd bleef de gemeente de signatuur dragen van een familiekerk. Dit blijkt bijvoorbeeld uit het herhaalde zuchten wanneer er in de kerkeraad een vacature komt: ‘Hoe is het mogelijk aan nieuwe ouderlingen te komen als iedereen familie van elkaar is, en er zovelen bij elkaar zijn ingetrouwd?’

Na ds. Bosma  diende ds. J. Kapteyn [1901-1988] de thans jubilerende kerk tot 1941, waarna ds. R. Groeneboer [1914-1980] de pastorale scepter overnam. Hij was de eerste predikant van Barchem zonder combinatie met Lochem. Na de oorlog begon de gemeente langzaam te groeien, mede door het feit dat Ruurlo  officieel tot het territoir van Barchem ging behoren.

Ds. A. Koning (1895-1967).

Na het afscheid van ds. Groeneboer in augustus 1946 deed in oktober van dat jaar ds. A. Koning [1895-1967] intrede, die tot 1953 zijn werk hier verrichtte. Hij werd opgevolgd door ds. H. Bouma [1887-1962] die in 1957 op 70-jarige leeftijd werd geëmeriteerd. Na hem kwam ds. N.J. Goris [1925-2013], die eind vorig jaar naar Geldermalsen vertrok, en werd opgevolgd door kandidaat H.J. Huyser [*1936], die in februari jl. [1963] intrede deed.

Tijdens de ambtsperiode van ds. Goris is door een sterke persoonlijke inzet van alle gemeenteleden de kerk gerestaureerd en een jeugdgebouw opgetrokken. Het 100-jarig bestaan is op zondag 7 juli in een herdenkingsdienst door de gemeente gevierd.

(27 juli 1963)

De nieuwe berijming.

De wijkraden van Utrecht-Zuid hebben zich evenals zovele andere, beziggehouden met de beoordeling van de nieuwe psalmberijming. Na bestudering kwamen zij tot de conclusie, dat ernstige bezwaren tegen vele psalmen zijn in te brengen. Deze bezwaren zullen aan de synode kenbaar worden gemaakt, waarbij tevens melding gedaan zal worden van uit de vergadering naar voren gekomen suggestie om het Nederlands Bijbel Genootschap bij een berijming in te schakelen. Hierdoor, aldus een kerkeraadsverslag van Utrecht-Zuid, zou kunnen worden bereikt, dat aan een berijming een meer interkerkelijk karakter wordt gegeven.

(27 juli 1963)

Jongelui werken voor kerkelijke eenheid.

De vroegere gereformeerde Westerkerk aan de Kraneweg te Groningen.

In januari 1960 is in Groningen een aantal jongelui uit de Gereformeerde en de vrijgemaakt-Gereformeerde Kerken begonnen met de jongerenactie ‘Vocatio’, om zich te bezinnen op het herstel van de kerkelijke gemeenschap. Begonnen werd met maandelijkse vergaderingen, waar verschillende onderwerpen werden besproken. Na enige tijd werd ook een aantal jongeren uit de Christelijke Gereformeerde Kerk uitgenodigd om aan deze gespreksavonden deel te nemen. Toen de belangstelling voor dergelijke avonden wat terugliep, is men overgeschakeld op de organisatie van gebedskringen en zangdiensten.

De voormalige Noorderkerk, die na de Vrijmaking overging naar de vrijgemaakte kerk en inmiddels buiten gebruik gesteld werd.

In iedere stadswijk werd een gebedsgroep gevormd. Ook deze kringen moesten later echter weer worden opgeheven. Maar vanaf 1961 bleken de zangdiensten stand te kunnen houden. Op iedere eerste zondagavond van de maand wordt nu, telkens in een ander kerkgebouw, een dienst gehouden van ruim een half uur. Langzamerhand zijn dit bezinningsdiensten geworden, waardoor het karakter van de zangbijeenkomst kon worden gecombineerd met dat van de gebedskring. Hiervoor bestaat nu grote belangstelling. In ‘Jong Gereformeerd’ werd er een en ander over verteld met de opwekking erbij, dat jongeren op tal van plaatsen dit Groningse streven naar kerkelijk herstel proberen te volgen.

(27 juli 1963)

Bron: Centraal Weekblad voor de Gereformeerde Kerken in Nederland, juli 1963.