Uit de pers (48) – 1963 Nieuws uit de Kerken

In de nummers van 16 en 23 februari en van 9 maart 1963  van het Centraal Weekblad voor de Gereformeerde Kerken in Nederland kwamen we onder meer de volgende berichten tegen over plaatselijke Gereformeerde Kerken.

De redactie van GereformeerdeKerken.info plaatste de illustraties, en [tussen vierkante haakjes] enkele aanvullende opmerkingen en gegevens.

Beproeving weer gestaakt.

De kerkeraad van Dordrecht heeft besloten om voortaan niet meer te laten zingen uit de proeve van de nieuwe psalmberijming. Het was de kerkeraad gebleken dat de gemeente deze berijming niet op prijs stelde en haar te vlak en gekunsteld achtte. Ook was men van oordeel, dat de eenheid van het psalmgezang, zoals dat nu nog is in de gehele gereformeerde gezindte, door de nieuwe berijming zou worden doorbroken.

(16 februari 1963)

Tevredenheid over het ene offer.

De in 1933 in gebruik genomen gereformeerde kerk te Visvliet doet nog steeds als zodanig dienst.

In Visvliet is men tevreden over het ingevoerde ‘éne offer’. De opbrengst van de collecten in de maand januari was fl. 654,20. Vorig jaar, toen het ‘éne offer’ daar nog niet was ingevoerd, was de collecteopbrengst over januari fl. 582,01.

(16 februari 1963)

Kinderdiensten op Curaçao.

De kerk van Curaçao is dit jaar begonnen met het houden van speciale kinderdiensten. De kinderen blijven, zoals zij gewoon waren, met hun ouders ter kerk gaan. Maar na de zogenaamde collectezang krijgen zij gelegenheid de ‘grote-mensendienst’ te verlaten en zich naar het jeugdlokaal te begeven (ouders die hun kinderen liever bij zich houden, zijn daarin uiteraard vrij). In twee afzonderlijke groepen komen de kinderen dan bijeen (6 tot en met 9 jaar en 9 tot en met 11 jaar) om een vertelling te horen en om gezamenlijk te zingen. Voor deze kinderbijeenkomsten zijn uiteraard enkele medewerk(st)ers  nodig, waarvoor zich een dertigtal gemeenteleden beschikbaar heeft gesteld.

De gereformeerde kerk op Curaçao.

(16 februari 1963)

Catechismus op de nuchtere maag.

Dat kunnen sommige kerkgangers in Vlaardingen, die moeilijk uit bed kunnen komen en geen tijd hebben om te ontbijten, wellicht binnenkort weleens verwachten, zo lezen wij in de kerkbode van de genoemde gemeente. De kerkeraad besloot namelijk het voorstel van het moderamen te aanvaarden, af en toe eens een kleine serie catechismuspreken in plaats van op zondagmiddag, op zondagmorgen te doen plaatsvinden. Dit om tegemoet te komen zowel aan hen die nooit in de gelegenheid zijn om dit soort preken te beluisteren, als aan hen, die vrijwel altijd alleen deze preken moeten horen. Aan de predikanten werd overgelaten in onderling overleg deze zaak nader te regelen.

(16 februari 1963)

Ambtskleding, broeders!

De toenmalige gereformeerde kerk doet ook vandaag nog steeds dienst als protestantse Ontmoetingskerk in Sappemeer.

Zonder ook maar één simpel woordje commentaar te geven, vermelden wij uit het kerkeraadsverslag van Hoogezand-Sappemeer het volgende: ‘Ook wordt ter sprake gebracht het dragen van zwarte kleding door de kerkeraadsleden tijdens de diensten. Niemand vindt het persoonlijk zo prettig, maar de meerderheid meent dat de gemeente het op prijs stelt’.

(23 februari 1963)

Drie kerken in een kerk.

In ‘s-Gravenpolder  telt de Hervormde Gemeente 450 leden, de Gereformeerde Kerk 170 leden en de Gereformeerde Gemeente 600 leden. De Gereformeerde Kerk was aan een schilderbeurt toe, het eigen kerkgebouw kon derhalve niet gebruikt worden. Het kerkgebouw van de Gereformeerde Gemeente worstelde met de barre winter, want de verwarmingsinstallatie begaf het. Toen gingen drie kerken van één kerkgebouw gebruik maken. De hervormde en de gereformeerde broeders en zusters houden nu des zondags twee diensten gezamenlijk.

De voormalige gereformeerde kerk te ‘s-Gravenpolder, nu kerkelijk centrum voor clubs en vergaderingen, “De Ontmoeting’.

In de ene dienst gaat de hervormde predikant voor, in de andere dienst de gereformeerde  predikant, ds. A.J.L. Hoogkamer [*1930] te Wemeldinge, die consulent is van ‘s-Gravenpolder. Als deze gezamenlijke diensten afgelopen zijn, nemen de leden van de Gereformeerde Gemeente de plaatsen in het hervormd kerkgebouw in: zij houden elke zondag ook twee diensten. Het contact tussen de drie kerken was goed; ongetwijfeld heeft dit er toe bijgedragen, dat men in deze noodsituatie elkaar gevonden heeft.

(23 februari 1963)

Goed spelen, broeders!

De toenmalige gereformeerde kerk, inmiddels vervangen door een ander kerkgebouw, dat nog steeds als kerkelijk centrum dienst doet.

Bij de ingekomen stukken van de kerkeraad te Ridderkerk was ‘een klacht van een broeder over ’t zondagse orgelspel. Deze klacht is niet nieuw: vorig jaar heeft de kerkeraad deze klacht zeer grondig behandeld en naar hij meende afgehandeld. Daarom kan de kerkeraad hier nu niet verder op ingaan. Bij de rondvraag komen we, zij ’t zijdelings, nog eens op dit punt terug. ’t Zou wel dienstig zijn als de organisten zich tijdig (niet enkele minuten voor de dienst) op de hoogte stelden van de te zingen psalmen, zodat ook de zinsinhoud in hun spel tot uitdrukking kan komen. Een goede regeling tussen predikant en organisten zal hiervoor nodig zijn’.

(23 februari 1963)

Eerst overleggen met de kerkeraad.

Ds. R.J. van der Meulen (1904-1994) op jongere leeftijd.

Naar aanleiding van het feit dat dr. R.J. van der Meulen [1904-1994] in Scheveningen enkele weken geleden in een rooms-katholieke kerk op zondagavond het woord had gevoerd, zijn in de gemeente bezwaren gerezen. Bij de Kerkeraad voor Algemene Zaken kwamen hierover brieven binnen van een aantal gemeenteleden en van één der wijkkerkeraden. Het spreken van dr. Van der Meulen was niet ambtelijk en op eigen verantwoordelijkheid. Niettemin heeft de Kerkeraad voor Algemene Zaken toch uitgesproken dat hij de gang van zaken betreurt. Maar genoegen werd genomen met de verklaring van de predikant waarin deze nader uiteenzette waarom hij deze spreekbeurt had vervuld. De Kerkeraad voor Algemene Zaken besloot dat voortaan in dergelijke gevallen tevoren overleg met deze raad dient plaats te vinden, en voorts dat verdere publicaties over deze zaak achterwege zullen blijven.

(9 maart 1963)

Cola-tik.

Een cola-tik tegen de ambtelijke bolide van ds. J. Snoeij (1903-1985), hier op ouders leeftijd.

Het glanzende vervoermiddel van onze pastor heeft een knauw gekregen, zo schrijft iemand in ‘Langs de weg’, het mededelingenblad van de kerk van Waddinxveen. ‘Tot zijn verontschuldiging kan worden aangevoerd, dat hij er toen zelf niet meer in zat, maar de auto veilig naast de pastorie had geparkeerd. Totdat een klap weerklonk en enige ogenblikken later een schuldbewuste chauffeur van een Coca-Cola-auto aan de pastorie kwam bekennen, dat hij op glibberige paden was geraakt en het rechte spoor niet had kunnen houden. Hij is er natuurlijk niet zonder pastoraal vermaan vanaf gekomen. Dat deze deuk in de blinkende en vlekkeloze reputatie van dit kennelijk toch niet onkreukbare ambtelijke apparaat, nog wel toegebracht onder de rook van de pastorie, onze dominee [ds. J. Snoeij (1903-1985)] door de ziel sneed, behoeft geen betoog. Een guitig kerkeraadslid heeft uitgevonden dat hier nu sprake is van een echte ‘Cola-tik‘.

(9 maart 1963)

Acht predikanten voor Eindhoven.

De kerkeraad van Eindhoven heeft besloten over te gaan tot het beroepen van een achtste predikant. Deze herder zal de wijk Veldhoven als arbeidsterrein krijgen, plus het werk onder de militairen.

(9 maart 1963)

Tweede predikant voor Maasland.

De gereformeerde kerk te Maasland, die in 1956 in gebruik genomen werd.

Nu de kerk van Maasland een ledental van 1.400 heeft bereikt, heeft de kerkeraad uitgesproken dat de tijd gekomen is voor de vestiging van een tweede predikantsplaats. Aan de Commissie van Administratie werd verzocht de kerkeraad over de financiële kant van deze zaak nader voor te lichten.

(9 maart 1963)

Veranderingen in Rotterdam-Charlois.

De kerk te Rotterdam-Charlois heeft een sociologisch rapport laten uitbrengen. Daaruit blijkt, dat de teruggang van het ledental dezer kerk in 1953 inzette en tussen 1955 en 1960 grote vormen aannam. In deze vijf jaren verloor dit deel van de kerk ruim elfhonderd leden, of meer dan éénzesde gedeelte van het ledental op 1 september 1955. Het verschil in leeftijdsopbouw tussen Charlois en Pendrecht is merkwaardig. Vergelijken wij die leeftijdsopbouw van oud-Charlois met die van Nederland, dan blijkt, dat het percentage jonge gezinnen ondervertegenwoordigd is; er is een gering aantal kinderen tussen 0 en 9 jaar en eveneens zijn er weinig mensen in de leeftijdsklasse tussen 25 en 39 jaar.  Duidelijk treedt hier naar voren de veroudering van deze wijken, die het lagere geboortecijfer verklaart. Pendrecht vertoont het omgekeerde beeld: een groot aantal kinderen tussen 0 en 9 jaar en een groot aantal personen tussen 30 en 39 jaar.

De ledentallen van de Geref. Kerk Rotterdam-Charlois tussen 1950 en 1966 (bron: Jaarboeken GKN).

Blijkens dit rapport daalt het aantal gereformeerden in Oud-Charlois veel sneller dan de totale bevolking. Het gaat met de gereformeerden ruim driemaal zo snel terug. Als eerste factor voor de daling [vooral door verhuizing naar nieuwere wijken veroorzaakt] wordt genoemd, dat de gemiddelde gezinsgrootte der gereformeerden boven die van de totale bevolking ligt. Een tweede factor is, dat het percentage gereformeerden in Charlois hoger was dan voor geheel Rotterdam. Een derde factor is de mogelijkheid, dat de sociale samenstelling van de bevolking verandert en de betreffende buurten geleidelijk van karakter veranderen. Behoort van de totale bevolking meer dan de helft tot de arbeidersgroepen, de gereformeerden tellen relatief meer vertegenwoordigers onder de middengroepen.

(9 maart 1963)

Nieuw jaarboekje voor Heiloo.

Voor de vierde maal heeft de kerk van Heiloo een jaarboekje laten verschijnen. Dat betekent dus dat deze gemeente, die in 1959 werd geïnstitueerd, tot nu toe in elk jaar van haar bestaan deze onmisbare bron van informatie heeft opgesteld. Daar kunnen oudere en grotere kerken, waar de verschijning van plaatselijke jaarboekjes nog wel eens zeer onregelmatig pleegt te geschieden, een voorbeeld aan nemen.

De in 1963 in gebruik genomen en sinds 2001 leegstaande gereformeerde kerk werd door brand verwoest op 6 april 2015.

Uit de inleiding tot het nieuwe jaarboek vernemen wij dat de gemeente in het vierde jaar van haar bestaan waarschijnlijk de beschikking zal krijgen over een eigen kerkgebouw. Na jarenlange arbeid en planning kregen de plannen namelijk het vorig jaar hun beslag. De bouwvergunning kwam af en de eerste voorbereidingen tot de bouw zijn reeds begonnen, maar uiteraard stagneert het werk enigszins door de huidige langdurige vorstperiode.  Niettemin wordt gehoopt dat aan het eind van dit jaar het nieuwe bedehuis klaar zal zijn.

Uit de ledenstatistiek blijkt  dat de gemeente op 31 december van het vorige jaar [1962] 492 leden telde, namelijk 253 belijdende en 239 doopleden. Voor het overige bevat het nieuwe geschriftje de gebruikelijke zaken die des jaarboekjes zijn. Achterin is een alfabetische adressenlijst van de leden der gemeente opgenomen, evenals een adressenlijst per straat.

(9 maart 1963)

Nou, nou.

De gereformeerde kerk te Twijzel, tegenwoordig ‘De Oerdracht’ genoemd, doet nog steeds als zodanig dienst.

Onder het kerknieuws van Twijzel  lazen wij iets, dat ons jammer genoeg geen al te hoge dunk kan geven van de architectonische schoonheid van de kerkelijke lokaliteiten aldaar. Immers, we lezen over een te houden gemeentevergadering, dat er vorige jaren nauwelijks genoeg ruimte  was, ‘maar er kunnen veel makke gemeenteleden in onze hokken, nog meer dan vorig jaar’.

(9 maart 1963)

Vlootschouw.

Een ‘vlootschouw’ tijdens de classis, die gehouden werd in de gereformeerde kerk van Oude en Nieuwe Bildtdijk te Nij Altoenae.

Verslag van de vlootschouw van kerkschepen, zo lezen wij in de Friesche Kerkbode. En voor degenen voor wie dit niet duidelijk is, vangt dit verslag aan met de woorden: “Namens de roepende kerk van Oude- en Nieuwe Bildtdijk wordt onze vlootschouw, die men gewoonlijk classisvergadering noemt, geopend door ds. A. Treurniet [1928-2009]. Hij probeert psalm 80 vers 11 te laten zingen, maar het wordt psalm 81 vers 12.  Daarna wordt meegedeeld, dat de papieren van de kerkschepen worden nagezien door de bemanning van het kerkschip van Reitsum”.

Op deze wijze gaat het verslag verder. Het lijkt wel of de classis Hallum aan het skûtsjesilen geweest is. Overigens wordt in dit verslag ook opgemerkt dat ‘het kerkschip van Hollum op Ameland bij de aanvang van de vlootschouw nog niet binnen is wegens zware ijsgang op de Waddenzee, maar later komt de kapitein van de Hollum toch nog per vliegtuig om de vlootschouw mee te maken.

(9 maart 1963)