Gereformeerd in ’t klein: het kerkje van Ankeveen

door J. Smedema.

Aan de westkant van het Gooi, in het afgelegen maar lieflijke Ankeveen, verrees in 1895 een kerkje van minimale afmeting, bestemd voor de dertig leden van de Gereformeerde Kerk.

Kaart: Google.

Een van die leden, br. N. Holdinga, die het sinds 1892 ‘opgaan in Nederhorst den Berg’ [waar sinds 1887 een Dolerende kerk bestond] te zwaar viel, was met anderen van oordeel dat de Heer in Ankeveen een eigen Huis diende te hebben. Op het erf van genoemde broeder bouwde een ‘Mr. Timmerman’ het Godshuis; voor ‘niet minder dan fl. 515 en eenige centen, buiten de zitplaatsen’, zo valt op te maken uit de notulenboeken. Ene ds. [M.J.] Bouman [1827-1904] van Amersfoort leende voor dit doel fl. 300.

Ds. M.J. Bouman (1827-1904) van Amersfoort leende de kerk van Ankeveen fl. 300 voor de kerkbouw.

Met deze ook morele steun openbaarde zich een geloofsgemeenschap, die ‘de zoo diep vervallen Kerk’ tot bloei moest brengen. De grote mate van geloof verhinderde overigens niet, dat een solide verzekering werd afgesloten voor het gebouw en de inboedel. Toch niet geheel zonder trots was men eind 1894 al overgegaan tot de instelling van de ambten. Van een eigen predikant kon geen sprake zijn, waardoor de kerkenraad drie leden telde, twee ouderlingen en één diaken. Scriba was lange tijd br. N. Holdinga.

Het kerkje en de diensten.

Het kerkje was eenvoudig, maar stijlvol; van al het nodige voorzien. ‘s Zondags liepen de 20 à 30 kerkgangers over het bruggetje en bereikten via het erf de áchterdeur. Dáár binnenkomen betekent gekend en bemind te worden. Op enkele houten banken nemen ze plaats, met uitzicht op de kansel, het avondmaalstel en de doopschaal (een geschenk van een anonieme gelovige), de banken voor de ambtsdragers, een paar ‘hengelstokken’ en het school (psalm-) bord. Achter zich weten ze het harmonium en de potkachel.

Het gereformeerde kerkje te Ankeveen.

Wat ontbreekt is de consistorie. Als zodanig doet de huiskamer van de familie Holdinga dienst. Van hieruit begeeft zich om 10 uur een ouderling door de achterdeur naar binnen. Hij leidt de leesdienst. Na afloop verzamelen de kerkenraad en de gemeenteleden zich in de gezellige woonkamer, waar de koffie wordt gedronken. Om half 3 is de gemeente terug. Opnieuw laten ze zich opnemen in de stroom van de verkondiging, maar deze klinkt nu uit de mond van een dominee. Hij komt van ‘elders’, soms van ’s-Graveland, want gedurende een groot aantal jaren was de predikant daar de consulent voor Ankeveen. De kleine kudde van voornamelijk polderwerkers en tuinders wordt bemoedigd om voort te gaan op de ingeslagen weg.

‘Een strijd van geloof en geestkracht…’

Over het brugje door de achterdeur de kerk binnen…

Maar de weg is een smal pad en gaat niet over rozen. Het is een strijd, die veel geloof en geestkracht vergt. Niet zozeer vanwege de Ankeveense gemeenschap, want de vele Rooms-Katholieken en de al sedert lang gevestigde hervormden in het dorp zijn tolerant. Tegen het verschijnsel kijkt men eerst wat vreemd aan, maar de gereformeerden ondervinden geen hinder. Nee, het zijn interne problemen die het werk bemoeilijken: hoe houdt de kerkenraad de kudde bijeen als er – zoals overal – persoonlijke conflicten zich voordoen? Als de raad ‘tot censuur wordt uitgedaagd?’ Als het preeklezen zo saai wordt dat het kerkverzuim toeneemt? Als het financieel begint te nijpen? En vooral als het elk jaar weer de vraag is hoe ’broeders te vinden die het ampt willen vervullen’?

De keus uit ‘de stemgerechtigde manslidmaten ‘is toch al zo klein, en als een gekozene zich dan ook nog ‘niet bekwaam acht voor het ampt’, is de kerkenraad al snel geneigd te verklaren, ‘dat de Heere wel bekwaam zal maken’. Het is eigenlijk een kwestie van zelfbehoud. Het probleem van het preeklezen brengt in 1925 de hervormde predikant van Ankeveen [ds. C.M. Veenhuijsen] ertoe per brief de gereformeerden uit te nodigen om ‘bij leesdienst onder zijn gehoor te komen’…

Een tekening van het kerkje te Ankeveen.

Een vraag van omgekeerde orde die de kerkenraad zich stelde was: ‘Hoe te handelen met iemand die zich kerkelijk gedraagt, maar niet is aangesloten?’ Na de oorlog nam de liefde in en voor de gemeente, na een aanvankelijke opleving, af. Enkele gezinnen verhuisden en de gemeente leek te drijven op een paar personen, die zo’n 35 jaar de kerk al hadden gediend, zoals br. M. Kruiswijk en br. P. Holdinga.

Had de gemeente zó nog bestaansrecht of was het beter weer te gaan ‘inwonen’? In 1955 was de kogel door het kerkje. De kerk van Ankeveen ging op in die van ’s-Graveland. Wel werden er tot in 1965 nog kerkdiensten gehouden. Het kerkje met de drie boogramen staat er vandaag nog, aan het Hollands End 26, zij het nu als een deel van een woning. Maar was het eigenlijk ooit anders geweest?

Dit artikeltje zij een eerbetoon aan een groepje volhardende christenen, voor wie ook gold dat tot het onmogelijke niemand is gehouden.

Ledentallen van de Gereformeerde Kerk te Ankeveen.

De ledentallen van de Gereformeerde Kerk te Ankeveen tussen 1915 en 1955 (bron: Jaarboeken GKN).

Bron:

J. Smedema, Gereformeerd in miniatuur: Het kerkje van Ankeveen, in Anderhalve eeuw gereformeerden in stad en land, deel 11, Noord-Holland, pagina 60.

Dit artikel werd met toestemming van Uitgeverij Kok overgenomen. De redactie van GereformeerdeKerken.info voegde tussen [vierkante haakjes] enkele aanvullende gegevens toe, evenals de illustraties en de ledentallen.

__________

  • Aanvullende bijzonderheden over de kerk van Ankeveen vonden we in het volgende document, een persbericht uit 1964:

Kleinste kerk in Nederland zal worden opgeheven.

Het kleinste kerkgebouw van Nederland, de gereformeerde kerk te Ankeveen of liever gezegd Hollands Ankeveen, gemeente Weesperkarspel, zal volgend jaar [1965] worden opgeheven.

Hiermee raken de gereformeerden van Ankeveen en Hollands Ankeveen hun kerkgebouw kwijt en zullen zij moeten gaan kerken in ’s-Graveland. De gereformeerde gemeente van het dorp is klein en telt met kinderen mee nog geen vijftigtal leden. Tot einde vorig jaar [1963] werd er ’s zondagsmorgens een leesdienst gehouden, waar dan een ouderling de preek voorlas, en ’s middags kwam er een dominee, meestal ds. H. Th. van Reenen [1929-2011] uit ’s-Graveland of een andere dominee uit de omgeving. Dit jaar [1964] zal er zondags maar één dienst worden gehouden en wel in de middag. De ene week leesdienst en de andere week wordt de dienst door een predikant geleid. Dit is dan de overgang naar de totale opheffing van de gereformeerde diensten in Ankeveen.

Ds. H.Th. van Reenen (1929-2011).

Het allerkleinste kerkje werd gesticht in 1894 en bestaat dus al meer dan zeventig jaar. Het werd gebouwd op het erf van de familie Holdinga naast het woonhuis, en is in haar historie zeer nauw met deze familie verbonden geweest. Boven de voordeur, die echter nooit meer wordt gebruikt, prijken de woorden ‘Gereformeerde Kerk’, terwijl aan de zuidzijde drie ramen in romaanse stijl het gebouw tot een echte kerk bestempelen. Het interieur, alhoewel natuurlijk klein, doet ook denken aan een echt kerkgebouw. Bij de achterdeur, waar men pleegt binnen te komen, staat een kansel waarop een grote Bijbel ligt en daarnaast een speciale bank voor de ouderling. Verder zijn er dertig zitplaatsen, die meestal niet allemaal bezet zijn. Meer kerkgangers dan er stoelen zijn? Dan worden er stoelen gehaald bij de familie Holdinga, hetgeen bij bijzondere kerkelijke gebeurtenissen wel eens voorkomt.

De gereformeerde kerk te ‘s-Graveland in 1956. Kort daarop werd de kerk verbouwd (foto: Reliwiki, Andre van Dijk).

De kerkenraad, bestaande uit de dominee [zijnde de consulent] en een ouderling, wordt ontvangen in de woning van de wed. D. Holdinga-Van Ingen en gaat van hieruit over het erf naar de kerk. Na de dienst komen ze weer in de woning terug en drinken daar nog een kopje koffie. Evenzo is het met de meerderheid van de kerkgangers, die na afloop bij de ook daar wonende familie J. Holdinga gaan koffiedrinken. Want de meeste kerkgangers behoren tot deze familie. In het verleden heeft het bestaan van de kerk wel eens gewankeld als een grote familie naar elders vertrok, maar tot voor enige jaren geleden heeft de gemeente zich gehandhaafd. In 1955 werd de gemeente kerkelijk bij ’s-Graveland ingelijfd, maar de sfeer van deze kleine gemeenschap bleef gehandhaafd. De jeugd zal zich aan deze nieuwe omstandigheid wel snel aanpassen, omdat zij reeds het jeugdwerk in ’s-Graveland meemaken, maar voor de ouderen zal de omschakeling naar de grotere kerk van ’s-Graveland wat moeilijker gaan.

De gereformeerde kerk te ‘s-Graveland na de verbouwing eind jaren ’50 (foto: Reliwiki, ds. H.J. Douwes, Amsterdam).

Maar als moederkerk zal ’s-Graveland vooral aan de ouderen tegemoet komen door hen eventueel per auto op te halen, want de afstand tussen beide kerken is toch nog een kleine vijf kilometer. De kosteres van de kerk, mevrouw A. Holdinga-Snel, vindt het terugbrengen tot één dienst in Ankeveen wel prettig, want nu kan ook zij eens elders ter kerke gaan. Maar wanneer er helemaal niets meer is zal zij het wel stilletjes vinden. Wat er volgend jaar [1965] met het achter berkenbomen verborgen kerkje gaat gebeuren is nog niet bekend, maar vast staat wel dat de gereformeerde gemeente van Ankeveen met dank zal terugdenken aan de intieme sfeer van deze kleine gemeenschap. Er is tot opheffing besloten omdat in de naaste toekomst geen uitbreiding van de gemeente is te verwachten.

Bron:

Een persbericht uit 1964.