De Gereformeerde Kerken te Hasselt en Waalwijk

Hieronder vertellen we in grote lijnen iets over het voortbestaan van de Gereformeerde Kerk te Hasselt na de Vrijmaking van 1944, en over het ontstaan van de Gereformeerde Kerk te Waalwijk.

1. De Gereformeerde Kerk te Hasselt.

De Vrijmaking, die in Hasselt op 17 mei 1945 plaats vond, deed haar werk daar grondig. Aanvankelijk was de eenheid van de gemeente nog bewaard gebleven, maar toen de plaatselijke predikant, ds. J. Hettinga (1898-1976), na de Tweede Wereldoorlog uit Duitsland teruggekeerde, ging hij met de Vrijmaking mee en vrijwel de hele gemeente volgde hem daarin.

Ds. J. Hettinga (1898-1976).

Het kerkgebouw, het archief en alles wat aan de kerk toebehoorde werd meegenomen. Van de kerkenraad bleven slechts twee ouderlingen over. Ook het aantal kerkgangers was niet meer wat het geweest was. Als de eerste zondagen na de Vrijmaking  veertig mensen in de kerk aanwezig waren, zei men tegen elkaar: ‘Wat zijn er veel vandaag!’. Terwijl de kerk van Hasselt voor de Vrijmaking ongeveer 600 leden telde.

De eerste weken na de Vrijmaking mochten de gereformeerden hun kerkdiensten houden in een hervormd verenigingsgebouw, gelegen tegenover de (inmiddels vrijgemaakte) kerk. Daarna mochten ze gebruik maken van de kerk van de vrijzinnig Hervormden, ‘van wie men zeer veel medewerking en medeleven kreeg’.

Deze situatie duurde ongeveer tot 1957. Sindsdien werden de diensten gehouden in ‘Het Bastion’, een ontspanningszaak van de burgerlijke gemeente. Maar gelukkig kon in september 1959 weer een eigen kerk in gebruik genomen worden, nadat in 1950 al een pastorie gereed gekomen was.

De eerste jaren na de Vrijmaking waren voor de kerkenraad geen gemakkelijke periode. Ten gevolge van de Vrijmaking moest geprocedeerd worden over de kerkelijke bezittingen, zelfs tot voor de Hoge Raad. Dat hielp overigens niets, want de kerkelijke goederen werden aan de vrijgemaakten toegewezen.

De nieuwe kerk.

De nieuwe gereformeerde kerk te Hasselt werd in september 1959 in gebruik genomen.

Daarom werden plannen gemaakt voor een nieuwe kerk. Deze werd gebouwd op de hoek van de Kastanjelaan-Eikenlaan-Bolwerk, een strategische plaats, ongeveer op de grens van het oude stadje waar de naoorlogse nieuwbouw begon.  De architect was J. Jans uit Almelo, die er een eenvoudig ogende kerk van maakte, gebouwd als een rechthoek van 20 bij 10 meter met 234 zitplaatsen.

Achterin de kerk werd een galerij aangebracht, waar het orgel geplaatst werd. Dat instrument werd verkregen van de Gereformeerde Kerk te Rijnsburg, afkomstig uit een aldaar afgebroken gereformeerde kerk. Het orgel werd voor een schappelijke prijs verkregen. Verder konden op de galerij nog ongeveer twintig kerkgangers een plaatsvinden. Met extra stoelen in de looppaden kon een totaal aantal zitplaatsen van 350 worden bereikt. De kerk had ook de beschikking over een consistorie, een vergaderzaal van 6 bij 6 meter en een keukentje. Op de toren boven de hoofdingang prijkt het Ichthusteken (de vis).

Behalve dat vooral de ‘kleine overgebleven Gideonsbende in Hasselt zelf’ financieel veel bijdroeg voor de kerkbouw, werd ook hulp verkregen van de ‘Deputaten voor Steun aan Gescheurde Kerken’. De totale bouwkosten (exclusief het orgel) bedroegen  fl. 130.000.

Bij de opening van de kerk bedroeg het totaal aantal leden ongeveer 330. Door de uitbreiding van de  industrie in Hasselt en door een toenemende vestiging van mensen die hun werk in Zwolle hadden, ‘kon niet gesproken worden van een voortdurende daling van het ledental’, zoals in soortgelijke kerken te zien was.

Het interieur van de Ichthuskerk (foto: Reliwiki).

En nu…

De Gereformeerde Kerk en de Hervormde Gemeente te Hasselt zijn weliswaar ‘op veel gebieden al Samen op Weg’, maar beide kerken zijn nog steeds zelfstandig. De kerkdiensten worden behalve in het hervormde kerkgebouw De Baak ook nog steeds gehouden in  het gereformeerde Ichthuskerk aan de Kastanjelaan.  De kerk telde in 2015 ruim 580 leden.

Bronnen en literatuur:

Fidder, Na 15 jaar weer een kerk, in: Centraal Weekblad, 8e jrg. nr. 11, 19 maart 1960.

L.J. Joosse, Ende  Godts daden niet vergeten. Enkele momenten uit de eeuwenlange geschiedenis van het kerkelijk leven te Hasselt en N.O. Overijssel. Enschede, 1977

__________

2. De Gereformeerde Kerk te Waalwijk.

De Gereformeerde Kerk te Waalwijk ontstond op 12 juni 1960. In aanwezigheid van tientallen gasten, werden tijdens een dienst in het Willem van Oranje College in Waalwijk de verkozen ambtsdragers bevestigd. Ds. W.B. van der Meulen (1929-2015) hield in die dienst de preek over Efeziërs 2 vers 19 tot 22, waarin gesproken wordt over ‘het enige fundament waarop een gemeente gebouwd kan worden: het fundament van de apostelen en profeten, terwijl Jezus Christus de hoeksteen is’.

Tijdens een eerdere bijeenkomst hadden de belijdende leden te Waalwijk onder leiding van de kerkenraad van de moederkerk te Sprang door vrije verkiezingen hun ambtsdragers gekozen: C.W.  Wachtels v.d.Berg, A. Dercksen en R. Okèl als ouderlingen en J. Kooy en C. Pruyssers als diakenen.

Van oorsprong eigenlijk ontstaan uit de Dolerende kerk.

In Sprang bestond trouwens al sinds 19 juli 1835 een Christelijke Afgescheidene Gemeente, die rond 1849 samengevoegd werd met die van Vrijhoeve-Capelle. Maar de Gereformeerde Kerk te Waalwijk ontstond eigenlijk van oorsprong uit de ‘Nederduitsche Gereformeerde Kerk (doleerende)’ te Sprang, die op 4 oktober 1887 geïnstitueerd werd. Op 2 november dat jaar werd de eerste Dolerende kerkenraadsvergadering gehouden, waar namelijk besloten werd tot het ‘aanleggen van lijsten tot tijdelijke verzameling van leden uit de buitengemeenten ’s-Grevelduin-Kapel, Bezooyen, Waalwijk en Loon op Zand, die zolang zij met hunne eigene Kerk niet uit het Synodale kerkverband [van de hervormde kerk] kunnen treden, zich willen stellen onder het opzicht dezes kerkeraads’.

Overigens verenigden de Christelijke Gereformeerden uit de Afscheiding en de Nederduitsche Gereformeerden uit de Doleantie zich in Sprang in 1892 tot de Gereformeerde Kerk. Vanaf toen werden de plannen  voor de kerkinstituering te Waalwijk uiteraard een gezamenlijke zaak.

De eerste poging mislukt.

Ds. C. Lindeboom (1872-1938).

Al in 1898 probeerde men in Waalwijk een zelfstandige Gereformeerde Kerk te stichten, maar dat viel tegen. Het verslag van de kerkenraadsvergadering van 31 maart dat jaar meldt namelijk: ‘Een voorstel van de praeses, ds. C. Lindeboom  [1872-1938], van de volgende inhoud wordt aangenomen: de kerkeraad dringt er bij de Classis op aan, dat deze aan de Provinciale Synode verzoeke te Waalwijk (…) een gelegenheid te openen tot preekgelegenheid in de a.s. winter door een gebouwtje te zetten of te huren’.

Via de Classis Den Bosch kwam dit voorstel inderdaad op de Particuliere Synode van 20 juni 1898 en ‘deze zegde fl. 50 toe uit de ‘Kas voor de Inwendige Zending’ voor de bewerking van Waalwijk en omstreken’. Inderdaad werden toen ook enige tijd kerkdiensten gehouden in Waalwijk-Besoyen, maar zonder succes.

In januari 1899 moest ds. Lindeboom aan de classis melden: ‘Er is driemaal door een predikant gesproken. Er werd echter weinig belangstelling ondervonden. Als zodanig heeft Sprang dan ook gemeend deze arbeid te moeten staken.  Misschien zal met prediking later weder eens een begin worden gemaakt’.  Als toegift werd in het verslag nog opgemerkt: ‘Echter (…) bestaat er goede hope voor de verwachting dat de broeders aldaar straks zelf weer om prediking zullen vragen’.

Nieuwe poging.

Dat gebeurde inderdaad ook, alleen veel later dan men verwachtte. Pas in januari 1956 vroegen de gereformeerden in Waalwijk weer om het houden van kerkdiensten in hun dorp. Na verloop van tijd begonnen de kerkdiensten er inderdaad, al  lieten die het kerkelijk leven van Sprang een aantal jaren niet onberoerd.

De gereformeerde Ambrosiuskerk werd op 3 november 1966 in gebruik genomen.

In elk geval werd in 1957 begonnen met het houden van proefdiensten in een tekenlokaal  van het Willem van Oranje College. Het jaar daarop werden om de veertien dagen diensten gehouden in de kerk van de hervormde gemeente, en in 1959 werd met wekelijkse diensten een aanvang gemaakt, toen weer in een lokaal van het Willem van Oranje College.

Omdat het aantal gereformeerden in Waalwijk ondertussen gestaag doorgroeide, opende zich ook de mogelijkheid er een zelfstandige Gereformeerde Kerk te institueren (in 1960 bedroeg het aantal leden al ruim 200). Daarom besloot de kerkenraad van Sprang op 28 augustus 1959 bij de classis ’s-Hertogenbosch goedkeuring en medewerking te vragen om de Gereformeerde Kerk te Waalwijk tot openbaring te brengen . De classis besloot daartoe op 11 mei 1960 met algemene stemmen en droeg deze kerkinstituering uiteraard op aan de kerkenraad van Sprang.  Op 12 juni 1960 ontstond zo de Gereformeerde Kerk te Waalwijk. De predikanten van Waalwijk werden beroepen in combinatie met andere Gereformeerde Kerken.

Interieur gereformeerde kerk te Waalwijk (foto: Reliwiki, Andre van Dijk).

En nu…

De gereformeerde Ambrosiuskerk wordt – naast de van oorsprong hervormde ’Kerk aan de Haven’ –  nog steeds voor de protestantse kerkdiensten gebruikt. De kerk werd op 3 november 1966 in gebruik genomen. De Protestantse Gemeente te Waalwijk, ontstaan in 2011, telde in 2015 ruim 1650 leden.

Bronnen en literatuur:

N.N., Waalwijk: jongste zusje der Gereformeerde Kerken, in: Centraal Weekblad, 8e jrg. nr. 26, 2 juli 1960

O. Grevink, Gereformeerde Kerk Waalwijk wordt 50 jaar. Waalwijk, 2010