Kortstondige geref. evangelisatiearbeid te Witteveen (Dr.)

Inleiding.

De Gereformeerde Kerk te Westerbork werd in 1842 geïnstitueerd. Verscheidene dorpen in de omgeving waren aan de zorg van deze Kerk toevertrouwd, zoals Witteveen, Balinge, Mantinge, Brunstinge, enz. In 1912 werd in de kerkenraad van Westerbork,  voor zover valt na te gaan, voor het eerst gesproken over de evangelisatie ’in het midden onzer plaats’.

Men besloot tot het stichten van zondagsscholen in de ‘buitenbuurten’; misschien mocht in Balinge de school daarvoor wel gebruikt worden. ‘Jongelingen [van de JV] of elders bij broeders‘ zouden gevraagd worden of ze zich voor dit werk wilden inzetten. Jammer dat de Kerk kort daarop vacant werd: ‘dit is minder voor de evangelisatie’, omdat de drijvende kracht achter dat werk, de jonge ds. O.N. Oosterhof (1881-1942), er niet meer was. Men had aanvankelijk de verwachting dat ‘deze arbeid niet ijdel zal zijn’, maar kennelijk was de organisatie van de zondagsscholen in de dorpen niet goed van de grond gekomen, want tot 1919 werd er niets gedaan.

De gereformeerde kerk te Westerbork in de tijd van het werk in Witteveen.
De gereformeerde kerk te Westerbork in de tijd van het werk in Witteveen.

In dat jaar bracht de nieuwe predikant, ds. H. Brouwer (1865-1928), de evangelisatie echter opnieuw ter sprake en kennelijk werden toen weer plannen gemaakt (‘Vele kinderen, die anders van alle ambtelijken arbeid verstoken zijn, ontvangen onderwijs op de zondagsscholen die straks te Westerbork gehouden worden’, zo werd in het Jaarverslag van de provinciale deputaten over 1919 aangekondigd), maar opnieuw kwam het er niet van. Wel werd in 1923 in de kerk gecollecteerd voor evangelisatiewerk, maar dat betrof de  evangelisatiearbeid van kerken elders in het land. In 1926 kwam in Westerbork echter toch een evangelisatiecommissie. Vanaf die tijd hield men zich vooral bezig met het evangelisatiewerk in het nabijgelegen dorp Witteveen, hoewel het gedenkboek van de Kerk te Westerbork daarvan nauwelijks melding maakt en vooral in het archief van de particuliere synode veel bijzonderheden te vinden zijn.

De arbeid in Witteveen.

Zoals gezegd besloot de kerkenraad van Westerbork in 1926 een evangelisatiecommissie te benoemen. Men stelde volgens het archief van de particuliere synode ‘ernstige pogingen in het werk om in het nieuwe dorp Witteveen (ten zuidoosten van Westerbork) een locaal te stichten, voor welk doel reeds vele giften zijn ontvangen’ (het dorp Witteveen ontstond in 1926 als werkverschaffingsproject tijdens de crisisjaren). Al in 1927 had de  kerkenraad aan de directeuren van Het Lantschap Drenthe gevraagd gratis grond voor dat doel ter beschikking te stellen. Men kreeg tegen een geringe vergoeding een geschikt stuk grond in erfpacht aangeboden en ondertussen had de kerkenraad ook van alles gedaan om geld bij elkaar te krijgen voor de bouw. Zo was aan alle Gereformeerde Kerken in het land een circulaire gestuurd met het verzoek giften te storten. Daarop was ongeveer  fl. 1.000 ontvangen (uiteindelijk zelfs bijna fl. 1.500)! Een bouwplan werd opgesteld. Dat werd door de directeuren van Het Lantschap Drenthe echter afgekeurd, maar met het tweede werd ingestemd; de totale kosten werden begroot op ‘fl. 1.850 zonder inventaris en schuurtje’.

Een krantenknipsel uit 1926.
Een krantenknipsel uit 1926.

Een evangelisatielokaal.

De reeds ingekomen gelden waren echter niet toereikend om de bouw te kunnen financieren, vandaar dat men ook aan de particuliere synode van 1928 financiële steun vroeg. Deze gaf de deputaten volmacht om naar bevind van zaken te handelen. Uiteindelijk werd met de kerkenraad overeengekomen dat de Kerk te Westerbork bij br. H. Nijhof een lening zou aangaan van fl. 1.000 tegen 4 ½ % rente, aflosbaar in 25 jaar. ‘Gedurende die tijd zal aan de kerkenraad jaarlijks hoogstens fl. 85 uit de provinciale Kas voor Evangelisatie verstrekt worden, te weten fl. 40 voor aflossing en fl. 45 voor rente’.

Tijdens de bouw van het lokaal kon de evangelisatie in Witteveen nog niet met enige regelmaat plaatshebben, maar ds. A.J. Noordewier (1895-1963) van Westerbork ‘wenschte de weduwe Oldenwening te Elp te bezoeken, om haar te vragen of wij haar schuur mogen gebruiken tot het houden van een zondagsschool’; we horen daarover echter verder niets meer.

Gelukkig gingen de plannen in Witteveen toch door. De laagste inschrijver voor het te bouwen evangelisatielokaal was W. Willems te Westerbork. ‘Aan hem zal het werk worden opgedragen voor de som van negentienhonderd gulden. Het gebouw moet tegen september klaar zijn’. Het evangelisatielokaal (waarvan, ondanks nasporingen van de heren K. van der Ploeg en H. Oudman te Westerbork – waarvoor dank! – helaas geen foto kon worden gevonden) werd echter pas begin oktober 1929 in gebruik genomen (in 1943 kon worden gemeld dat de Kerk te Westerbork ‘gereed was met haar aflossing op het gebouw te Witteveen’).

Het lokaaltje stond ‘aan de toenmalige Zandweg (tegenwoordig de H. Smeengeweg), naast de vroegere smederij, in de buurt waar nu Snoeijing zit met zijn bedrijf. Het lokaal is inmiddels verdwenen en heeft plaats gemaakt voor nieuwbouw’. Het gebouwtje wordt in het archief van de voormalige gemeente Westerbork (met dank aan de heer H. Smits) beschreven als ‘een stenen bouwsel met hoge ijzeren ramen. Er is een entree met een halletje met daar achter een grotere ruimte’. Ook in dat gemeentearchief werd geen foto aangetroffen.

Zo kon de zondagsschool in het vervolg in het lokaal gehouden worden. Er waren in 1929 twintig leerlingen. Gedurende de winter werden om de veertien dagen ook bijbellezingen gehouden, die door ongeveer twintig personen werden bijgewoond. Verder konden kerkelijke verenigingen van het gebouwtje gebruik maken. Helaas kon men aanvankelijk maar moeilijk contact krijgen met de vele arbeiders die in die omgeving in de werkverschaffing bezig waren. Maar blijkens mededelingen uit 1934 verbeterde dat na verloop van tijd: ‘In het lokaal te Witteveen wordt zondagsschool gehouden en in den winter ook bijbellezing, waarvan de arbeiders die in de werkverschaffing waren gesteld, nogal gebruik maakten’.

De gereformeerde kerk 'De Voorhof' te Westerbork.
De tegenwoordige gereformeerde PKN-kerk ‘De Voorhof’ te Westerbork.

Afloop…

Het evangelisatiewerk kwam echter uiteindelijk op dood spoor: in de eerste plaats vertrokken de arbeiders in de werkverschaffing na verloop van tijd. Bovendien kwam de oorlog waardoor vergaderingen vaak niet werden toegestaan, terwijl in Witteveen in 1929 óók nog een hervormd evangelisatiegebouwtje was verrezen (dat overigens in 1981 buiten gebruik gesteld werd). Uiteindelijk werd in 1944 voorgesteld het evangelisatiegebouw te verhuren: er waren al verscheidene belangstellenden. Hoewel de kerkenraad aanvankelijk besloot ‘dat vooreerst niet te doen’, gebeurde dat vanaf juli dat jaar toch; wel werd bedongen dat een gedeelte van het lokaaltje beschikbaar bleef voor catechisaties.  Uiteindelijk werd het lokaal in 1950 voor fl. 1.500 verkocht aan een gemeentelid, br. H. van der Vegt, melkrijder uit Witteveen, die het gebouw gebruikte als stalling voor zijn auto met melkwagen.

Bronnen en  literatuur:

Archief Particuliere Synode der Gereformeerde Kerken in Drenthe

Louissen-De Jong, Bewaard en vermeerderd. Flitsen en fragmenten uit anderhalve eeuw gereformeerd kerkelijk leven te Westerbork. Westerbork, 1986

Nekeman, Breken om te helen. Een onderzoek naar het ontstaan van de Afscheiding te Westerbork en de ontwikkeling tot een officieel kerkgenootschap. Leeuwarden, 1991

© 2016. GereformeerdeKerken.info